Op de Pleinweg in Rotterdam zag Klaartje Kerkhof vanmiddag haar broer Jan liggen. 18 jaar was hij pas en nu is hij dood. Gefusilleerd door de Duitsers samen met 19 andere mannen, uit wraak voor acties van het verzet. Elders in de stad, op het Hofplein, werden nog eens 20 mannen gefusilleerd.
"Ik herkende Jan aan zijn wollen sokken, die mijn moeder voor hem had gebreid. Ik zag het meteen", vertelt Klaartje.
Ze was er niet bij toen haar broer werd gefusilleerd, maar hoorde het nieuws later van een politieagent. Ze is meteen gaan kijken. De twintig lichamen lagen onder een groot zeil, alleen de voeten staken er onderuit.
"Het akelige vind ik dat gaatje bij zijn hoofd, dat geschroeid is. Maar het is wel Jan met zijn prachtige zwarte haar en zijn bruine ogen.
Jan Kerkhof was actief in het verzet in Delft. Hij verspreidde berichten en vervoerde valse persoonsbewijzen en bonnen. Vermoedelijk werd hij verraden.
Vanochtend was hij een van de dertig 'Todeskandidaten' die uit de gevangenis in Scheveningen werden overgebracht naar een schoolgebouw in de Witte de Withstraat in Rotterdam. Daar kwamen er nog tien mannen bij, die gevangen zaten op het politiebureau Haagsche Veer.
Even na 08.00 uur werden twintig van hen in een vrachtwagen naar het Hofplein gereden. Ze werden opgesteld met hun rug tegen een schuilkelder. Tegenover hen nam een vuurpeloton plaats van veertig manschappen van de Ordnungspolizei, onder wie zeven Nederlandse politieagenten gekleed in Duits uniform.