De politie gaat alle mannen tussen de 16 en 50 jaar die rondhangen op straten en pleinen oppakken. De mannen worden naar Duitsland gestuurd om daar te werken. Hans Rauter, de hoogste SS-politiebaas in Nederland, heeft dit bevel afgegeven.
Volgens Rauter zijn er in Nederland veel mannen die weinig om handen hebben "en hun tijd zoek brengen met lanterfanten en lummelen". Hij spreekt van mannen die "kennelijk niets om handen hebben".
De SS, de Arbeidscontroledienst (Arbeitskontrolldienst) en de Nederlandse politie hebben de opdracht gekregen de mannen ter plekke te arresteren en naar het tewerkstelllingskamp in Amersfoort over te brengen. Van daaruit gaan zij via arbeidsbureaus aan de slag in Duitsland.
De mannen worden ingezet om nieuwe verdedigingslinies te graven voor de Duitsers of te werk gesteld in Duitse fabrieken. In verzetskranten wordt al tijden opgeroepen niet mee te werken aan die plannen, omdat daardoor Duitse mannen ingezet kunnen worden voor de strijd.